Gonadotrope hormonen zijn grote moleculen. Overgang naar de moedermelk is daarom niet waarschijnlijk. Deze middelen worden bovendien niet tot nauwelijks opgenomen uit het maagdarmkanaal van de zuigeling.
Laatst bijgewerkt op 23-08-2023
Over het gebruik van deze hormonen tijdens de borstvoedingsperiode zijn geen gegevens beschikbaar. Het is niet waarschijnlijk dat deze middelen bij de zuigeling terecht komen. Gonadotrope hormonen remmen mogelijk wel de borstvoeding.
Gonadotrope hormonen zijn grote moleculen. Overgang naar de moedermelk is daarom niet waarschijnlijk. Deze middelen worden bovendien niet tot nauwelijks opgenomen uit het maagdarmkanaal van de zuigeling.
Laatst bijgewerkt op 23-08-2023
Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.