De behandeling van astma tijdens de zwangerschap

In het kort

  • Astma is een chronische ziekte, die veel voorkomt.
  • Het is belangrijk om astma tijdens de zwangerschap goed te behandelen.
  • Als astma niet goed onder controle is, kan dit negatieve gevolgen hebben voor de zwangere en de zwangerschap.
  • Gebruik tijdens de zwangerschap de geneesmiddelen die nodig zijn voor een goede controle van de astma.
  • Veel standaard geneesmiddelen voor de behandeling van astma, kunnen gebruikt worden in de zwangerschap.

Lees voor meer informatie hieronder verder.

Achtergrondinformatie

Astma is één van de meest voorkomende chronische aandoeningen bij zwangere vrouwen
De prevalentie ligt tussen de 4 tot 12%. Het verloop van astma tijdens de zwangerschap kan variëren en hangt waarschijnlijk samen met klachten controle en ernst vóór de zwangerschap. Over het algemeen wordt aangenomen, dat bij 1/3 van de zwangeren een verergering van de symptomen optreedt, bij 1/3 een verbetering, en bij 1/3 onveranderd blijft [1,2].

Astma tijdens de zwangerschap geeft voor moeder en kind een risico op complicaties
Zwangere vrouwen met astma hebben een licht verhoogd risico op pre-eclampsie, vroeggeboorte of een kind met een laag geboortegewicht en een te geringe lichaamslengte. Exacerbaties, het gebruik van orale corticosteroïden en de ernst van de astma spelen daarbij een rol. Het risico op niet-ernstige aangeboren afwijkingen is heel licht verhoogd bij zwangere vrouwen met astma. De neonatale sterfte lijkt te zijn verhoogd, net als het aantal ziekenhuisopnames van de pasgeborenen. [1,2] Deze potentiële complicaties kunnen worden verminderd of vermeden als astma optimaal wordt behandeld.

Astma moet optimaal behandeld worden tijdens een zwangerschap.
De behandeling van astma tijdens een zwangerschap kan met standaardmedicatie volgens de NHG richtlijn. Een goede controle van de klachten is hierbij belangrijk. Met standdaardmedicatie is veel gebruikservaring opgedaan tijdens de zwangerschap. Over het algemeen worden er geen nadelige effecten van gezien op de zwangerschap of het kind.

De volgende standdaardmedicatie kan tijdens de zwangerschap gebruikt worden:

  1. een inhalatie-corticosteroïd. De voorkeur gaat uit naar beclometason, budesonide of fluticason
  2. een langwerkend luchtwegverwijdend middel. De voorkeur gaat uit naar salmeterol of eventueel formoterol
  3. eventueel een kortwerkend luchtwegverwijdend middel (salbutamol of terbutaline).

Als de klachten hiermee onvoldoende onder controle zijn, kunnen andere middelen toegevoegd worden
Ook als over het gebruik van het middel tijdens de zwangerschap slechts beperkte gegevens bekend zijn. In dat geval moet een afweging gemaakt worden tussen het risico van de astma tegen het risico van de medicatie voor moeder en kind.

  1. een oraal corticosteroïd (predniso(lo)n),
  2. een leukotriëenantagonist (montelukast)
  3. een monoklonaal antilichaam (omalizumab)

 

 

arrow icon
  • Namazy JA, Schatz M. Contemporary management and treatment strategies for asthma during pregnancy. Expert review of respiratory medicine. 2021-09-01;15(9):1149-1157
  • Wang H, Li N, Huang H. Asthma in Pregnancy: Pathophysiology, Diagnosis, Whole-Course Management, and Medication Safety. Canadian respiratory journal. 2020-02-22;2020:9046842

Laatst bijgewerkt op 09-12-2021


Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.