SSRI gebruik door de man met kinderwens

In het kort

Er zijn aanwijzingen dat SSRI’s een negatieve invloed hebben op de spermakwaliteit. Het lijkt erop dat de spermakwaliteit verbetert nadat het gebruik wordt gestopt.

Er zijn tot nu toe geen aanwijzingen voor een verhoogd risico op vroeggeboorte en aangeboren afwijkingen bij gebruik van een SSRI door de vader.

Lees ook de achtergrondinformatie over geneesmiddelengebruik door de man met kinderwens.

Achtergrondinformatie

Spermatogenese
SSRI’s in het algemeen
Er zijn aanwijzingen dat SSRI’s een reversibele negatieve invloed op de spermaparameters hebben (spermaconcentratie, motiliteit en morfologie) [1-3]. Het exacte mechanisme hierachter is onbekend. In een recente studie met 153 mannen die een SSRI gebruiken werd echter geen negatieve invloed op de semen parameters gezien [4]. Over het algemeen wordt aangeraden bij fertiliteitsproblemen de spermakwaliteit te controleren en afhankelijk daarvan de SSRI te staken, als dit mogelijk is.

Citalopram
In twee cases wordt een negatieve invloed van citalopram op de spermaparameters (verlaagde concentratie, afgenomen motiliteit, abnormale morfologie) gevonden [5,6]. De spermaparameters verbeterden na staken van citalopram.

Escitalopram
Er is één studie gedaan waar 25 mannen gedurende 12 weken escitalopram 10 mg kregen, waarna een lagere spermaconcentratie, motiliteit en morfologie werden gezien na 3 maanden [7].

Fluoxetine
In een studie met 20 mannen waarvan 6 mannen fluoxetine gebruikten was fluoxetine aantoonbaar in het sperma [8].

Fluvoxamine
Er zijn geen humane studies die onderzoek hebben gedaan naar de invloed van fluvoxamine op de spermatogenese en fertiliteit bij de man.

Paroxetine
Er is één studie gedaan waarbij 35 gezonde mannen gedurende 5 weken paroxetine kregen, waarna een verhoogde abnormale sperma DNA fragmentatie werd gezien, maar waar de spermaparameters gelijk bleven [9]. DNA fragmentatie kan in theorie de fertiliteit beïnvloeden. De klinische relevantie en de gevolgen van de DNA fragmentatie in deze studie zijn onbekend.

Sertraline
In een case report werd een verlaagde spermaconcentratie en geen beweeglijkheid van de zaadcellen gezien bij een man die sertraline gebruikte. De parameters waren weer normaal drie maanden na staken [5]. In een andere studie met 30 mannen die sertraline kregen werd een significante afname gezien in sperma concentratie en percentage spermacellen met normale morfologie in vergelijking met de controle groep [10].

Effect op gezondheid van het kind
Een Deense cohort studie onderzocht bijna 12.000 zwangerschappen waarbij de vader een SSRI gebruikte in de 3 maanden voor de conceptie. Er werd geen verhoogd risico op aangeboren afwijkingen gezien [11]. Een Zweedse studie zag geen verhoogd risico op aangeboren afwijkingen, vroeggeboorte en autisme spectrum stoornissen in ruim 2800 zwangerschappen waarbij de vader tijdens conceptie een SSRI gebruikte [12]. Twee andere Deense studies zien een licht verhoogd risico op ADHD en autisme spectrum stoornissen wanneer de vader een SSRI gebruikte voor conceptie. Het is onduidelijk of dit risico werd veroorzaakt door de SSRI of door de onderliggende aandoening van de vader [13, 14].

arrow icon

1. Milosavljević JZ, Milosavljević MN, Arsenijević PS. The effects of selective serotonin reuptake inhibitors on male and female fertility: a brief literature review. International journal of psychiatry in clinical practice. 2022-03-01;26(1):43-49
2. Sylvester C, Menke M, Gopalan P. Selective Serotonin Reuptake Inhibitors and Fertility: Considerations for Couples Trying to Conceive. Harvard review of psychiatry. 2019-03-01;27(2):108-118
3. Beeder LA, Samplaski MK. Effect of antidepressant medications on semen parameters and male fertility. International journal of urology : official journal of the Japanese Urological Association. 2020-01-01;27(1):39-46
4. Pham MN, et al. Selective Serotonin Reuptake Inhibitor (SSRI) Use is Not Associated With Impaired Semen Parameters. Urology. 2022-06-01;164:140-144
5. Tanrikut C, Schlegel PN. Antidepressant-associated changes in semen parameters. Urology. 2007-01-01;69(1):185.e5-7
6. Elnazer HY, Baldwin DS. Treatment with citalopram, but not with agomelatine, adversely affects sperm parameters: a case report and translational review. Acta neuropsychiatrica. 2014-04-01;26(2):125-9
7. Koyuncu H, Serefoglu EC, Yencilek E. Escitalopram treatment for premature ejaculation has a negative effect on semen parameters. International journal of impotence research. 2011-11-01;23(6):257-61
8. Mazzilli R, et al. Psychotropic Drugs Levels in Seminal Fluid: A New Therapeutic Drug Monitoring Analysis? Frontiers in endocrinology. 2021-03-11;12:620936
9. Tanrikut C, Feldman AS, Altemus M. Adverse effect of paroxetine on sperm. Fertility and sterility. 2010-08-01;94(3):1021-6
10. Akasheh G, Sirati L, Noshad Kamran AR. Comparison of the effect of sertraline with behavioral therapy on semen parameters in men with primary premature ejaculation. Urology. 2014-04-01;83(4):800-4
11. Wensink M, et al. Nervous system drugs taken by future fathers and birth defects in offspring: a prospective registry-based cohort study. BMJ open. 2022-03-30;12(3):e053946
12. Viktorin A, Levine SZ, Altemus M. Paternal use of antidepressants and offspring outcomes in Sweden: nationwide prospective cohort study. BMJ (Clinical research ed.). 2018-06-08;361:k2233
13. Yang F, et al. Risk of autism spectrum disorder in offspring following paternal use of selective serotonin reuptake inhibitors before conception: a population-based cohort study. BMJ open. 2017-12-22;7(12):e016368
14. Yang F, et al. Prenatal Paternal Selective Serotonin Reuptake Inhibitors Use and Risk of ADHD in Offspring. Pediatrics. 2018-01-01;141(1)

Laatst bijgewerkt op 01-06-2022


Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.