Erytromycine
Erytromycine gaat beperkt over naar de melk; de relatieve kinddosis is ongeveer 1.5%. Behandeling van de neonaat met erytromycine in de eerste weken na de bevalling, wordt geassocieerd met pylorusstenose. Bij blootstelling aan erytromycine via borstvoeding (bij behandeling van de moeder) lijkt deze associatie er niet te zijn.
Doxycycline en tetracycline
Doxycycline en tetracycline kunnen bij directe toepassing aan kinderen het gebit en de botten aantasten. De concentratie in de moedermelk is veel lager dan de concentratie in het bloed. Daarnaast worden doxycycline en tetracycline in de melk voor een deel geïnactiveerd door het aanwezige calcium. Het is onwaarschijnlijk dat de minimale hoeveelheden in de borstvoeding bij een korte kuur het gebit en de botten van de zuigeling kunnen aantasten. Langdurig gebruik, gedurende langer dan drie weken, wordt uit voorzorg afgeraden.
Tetracycline gaat ten opzichte van doxycycline minder over naar de melk en bindt sterker aan calcium, het wordt daardoor minder opgenomen door de zuigeling.
Antibacteriële middelen tijdens de borstvoeding
Bij het maken van een afweging tussen de verschillende antibiotica kan het nuttig zijn de ervaring met de behandeling van neonaten te betrekken (zie het Kinderformularium). Antimicrobiële middelen gaan in het algemeen in kleine hoeveelheden over in de moedermelk. In het bloed van zuigelingen zijn minimale concentraties aangetroffen. In theorie is het mogelijk dat de darmflora van de zuigeling wordt beïnvloed. Dit leidt mogelijk tot wat dunnere ontlasting.
Isotretinoïne
Isotretinoïne is toxisch voor de zuigeling. Het middel heeft een lange halfwaardetijd. Overgang naar de melk is onbekend maar wel aannemelijk, vanwege de lipofiele eigenschappen.
Laatst bijgewerkt op 20-08-2020