Aliskiren tijdens de zwangerschap

In het kort

Het gebruik van aliskiren in de zwangerschap wordt afgeraden.

Risico indeling

  • Mogelijk risico tooltip icon Dit geneesmiddel kan mogelijk nadelige effecten hebben op zwangerschap of –ongeboren- kind. Weeg de mogelijke nadelige effecten af tegen het belang van behandeling van de moeder. Overweeg of een veiliger middel gebruikt kan worden of voer extra controles uit.
    • - aliskiren (tweede en derde trimester)
  • Risico onbekend tooltip icon Over gebruik van dit geneesmiddel tijdens de zwangerschap is geen of onvoldoende informatie beschikbaar. Het is niet mogelijk om een uitspraak te doen over de veiligheid. Kies bij voorkeur voor een middel waarvan meer bekend is over de veiligheid.
    • - aliskiren (eerste trimester)

Achtergrondinformatie

Over de toepassing van aliskiren tijdens de zwangerschap zijn nog geen humane gegevens beschikbaar. Aliskiren werkt direct op het renine-angiotensinesysteem. Na gebruik van aliskiren tijdens de zwangerschap zijn afwijkingen te verwachten zoals beschreven voor de ACE-remmers en angiotensinereceptorblokkers. Deze afwijkingen zijn: oligo- of anhydramnion (verminderd of afwezig vruchtwater), intra-uteriene groeivertraging, longhypoplasie (achterblijvende longontwikkeling), nierschade, afwijkingen aan de schedel, aangezicht en ledematen en sterfte.

Laatst bijgewerkt op 19-03-2019


Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.