Anti(retro)virale middelen bij hepatitis B tijdens de borstvoedingsperiode

In het kort

Lamivudine, (peg)interferon alfa en tenofovir kunnen bij hepatitis B tijdens de borstvoeding waarschijnlijk veilig worden gebruikt.

Het is onbekend of adefovir, entecavir en telbivudine tijdens de borstvoeding veilig gebruikt kunnen worden.

Risico indeling

  • Waarschijnlijk veilig tooltip icon Dit geneesmiddel kan gebruikt worden tijdens de borstvoedingsperiode. Maar indien mogelijk heeft een geneesmiddel uit de categorie ‘Meest veilig’ de voorkeur. Bijvoorbeeld omdat er minder van dat middel in de melk terechtkomt of omdat er meer onderzoek naar is gedaan.
    • - interferon alfa 2a
    • - interferon alfa 2b
    • - lamivudine
    • - peginterferon alfa 2a
    • - tenofovir
  • Risico onbekend tooltip icon Over gebruik van dit geneesmiddel tijdens de borstvoedingsperiode is nauwelijks of geen informatie. Het is niet mogelijk om een uitspraak te doen over de veiligheid. Kies bij voorkeur voor een middel waarvan meer bekend is over de veiligheid.
    • - adefovir
    • - entecavir
    • - telbivudine

Achtergrondinformatie

Lamivudine
Met het gebruik van lamivudine tijdens de borstvoeding is ruime ervaring opgedaan. De gegevens laten geen nadelige effecten bij de zuigeling zien. Lamivudine gaat slechts beperkt over in de moedermelk.

Tenofovir
De  redelijke gegevens over gebruik van tenofovir laten geen nadelige effecten voor de zuigeling zien. Tenofovir komt in kleine hoeveelheden in de moedermelk en heeft een lage biologische beschikbaarheid. Lange termijn effecten zijn onbekend.

(Peg)interferon alfa
Er worden geen nadelige effecten bij de zuigeling verwacht bij het gebruik van (peg)interferon alfa tijdens de borstvoeding. Na toediening van hoge dosis interferon alfa, werden slechts hele lage hoeveelheden in de melk gemeten. (Peg)interferon alfa is een groot molecuul. Daardoor zal de overgang naar de moedermelk beperkt zijn. Ook de opname van (peg)interferon alfa vanuit het maagdarm-kanaal van de zuigeling is beperkt. De halfwaardetijd van peginterferon alfa is door de pegylering wel aanmerkelijk toegenomen ten opzicht van interferon alfa. Met het gebruik van peginterferon alfa tijdens de borstvoeding is geen ervaring vastgelegd.

Overige middelen
Over het gebruik van adefovir, entecavir en telbivudine is onvoldoende informatie beschikbaar. Daardoor is het niet mogelijk om een uitspraak te kunnen doen over de risico’s.

Laatst bijgewerkt op 09-11-2018


Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.