DEET of icaridine tijdens de zwangerschap

In het kort

Gebruik diëthyltoluamide (DEET) alleen in gebieden waar muggensteken een gezondheidsrisico vormen, bijvoorbeeld vanwege malaria of zika.

Het is onbekend of icaridine tijdens de zwangerschap veilig gebruikt kan worden.

Let op

  • Gebruik een lage concentratie DEET (30%).
  • Breng insectenwerende middelen bij voorkeur aan op beddengoed, klamboe of kleding en zo min mogelijk op de huid.
  • Neem ook andere beschermende maatregelen tegen muggen.

Risico indeling

  • Risico onbekend tooltip icon Over gebruik van dit geneesmiddel tijdens de zwangerschap is geen of onvoldoende informatie beschikbaar. Het is niet mogelijk om een uitspraak te doen over de veiligheid. Kies bij voorkeur voor een middel waarvan meer bekend is over de veiligheid.
    • - deet
    • - icaridine

Achtergrondinformatie

DEET
Producten met 30% DEET zijn even effectief tegen muggensteken als producten met een hogere concentratie, wel is de werkingsduur korter. Er is maar weinig onderzoek gedaan naar het gebruik van DEET in de zwangerschap. Er is vrijwel geen gedocumenteerde ervaring opgedaan in het 1e trimester. In een studie werden geen nadelige effecten gezien op de zwangerschap of het (ongeboren) kind bij gebruik in het 2e of 3e trimester.

DEET heeft toxische eigenschappen. Neurologische effecten kunnen optreden bij mensen die DEET gebruiken op de huid. Dit wordt echter voornamelijk gezien bij overmatig gebruik. Uit voorzorg wordt geadviseerd de blootstelling tijdens de zwangerschap zo laag mogelijk te houden. DEET wordt tot 17% door de huid geabsorbeerd en passeert de placenta.

Icaridine
Er is nog geen humane ervaring gedocumenteerd met het gebruik van icaridine tijdens de zwangerschap. Het gebruik wordt daarom uit voorzorg afgeraden. Icaridine wordt voor ongeveer 4% door de huid geabsorbeerd. Het is niet bekend of het de placenta passeert.

Laatst bijgewerkt op 27-02-2023


Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.