Antimycotische antibiotica bij schimmelinfecties tijdens de borstvoedingsperiode

In het kort

Nystatine en amfotericine B (oraal) kunnen tijdens de borstvoeding waarschijnlijk veilig gebruikt worden. Het is onbekend of amfotericine b (per infuus) en griseofulvine tijdens de borstvoeding veilig gebruikt kunnen worden.

Risico indeling

  • Waarschijnlijk veilig tooltip icon Dit geneesmiddel kan gebruikt worden tijdens de borstvoedingsperiode. Maar indien mogelijk heeft een geneesmiddel uit de categorie ‘Meest veilig’ de voorkeur. Bijvoorbeeld omdat er minder van dat middel in de melk terechtkomt of omdat er meer onderzoek naar is gedaan.
    • - amfotericine b (oraal)
    • - nystatine
  • Risico onbekend tooltip icon Over gebruik van dit geneesmiddel tijdens de borstvoedingsperiode is nauwelijks of geen informatie. Het is niet mogelijk om een uitspraak te doen over de veiligheid. Kies bij voorkeur voor een middel waarvan meer bekend is over de veiligheid.
    • - amfotericine b (parenteraal)
    • - griseofulvine

Achtergrondinformatie

Amfotericine B
Er zijn geen studies gedaan naar het gebruik van amfotericine B tijdens de borstvoeding.
Oraal toegediend amfotericine B heeft een lokale werking. Het wordt nauwelijks opgenomen in het maag-darmkanaal. Het is dus niet waarschijnlijk dat amfotericine B in de borstvoeding terecht komt. Nadelige effecten worden na oraal gebruik niet verwacht.
Ook over parenteraal gebruik van amfotericine B zijn geen gegevens bekend. Vanwege de hoge eiwitbinding, het grote molecuulgewicht en de lage opname vanuit de darm van het kind wordt ook bij deze toepassing geen nadelige effecten verwacht.

Nystatine
Er is geen onderzoek naar het gebruik van nystatine (oraal) tijdens de borstvoeding. Nystatine wordt vrijwel niet opgenomen uit het maagdarmkanaal. Hierdoor is het niet waarschijnlijk dat het wordt opgenomen in de moedermelk. Nystatine wordt bij neonaten zelf toegepast voor de lokale behandeling van candidiasis (spruw).

Griseofulvine
Er zijn geen studies gedaan naar het gebruik van griseofulvine tijdens de borstvoeding. Griseofulvine wordt wel deels opgenomen vanuit het maagdarmkanaal. In dierstudies is overgang van griseofulvine naar de moedermelk vastgesteld.

Laatst bijgewerkt op 28-08-2020


Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.