Roken
Nicotineverslaving
Nicotine gaat gemakkelijk over in de moedermelk. Het effect van nicotine op de zuigeling is onvoldoende bekend. Over de veiligheid van elektronische sigaretten (e-sigaret) tijdens de borstvoeding is nog geen uitspraak mogelijk. Een voordeel van e-sigaretten is de verminderde blootstelling aan teer en koolmonoxide. E-sigaretten bevatten mogelijk wel andere schadelijke stoffen en chemische onzuiverheden in sterk wisselende concentraties.
Nicotinevervangende middelen
Probeer te stoppen zonder ondersteuning met nicotinevervangende middelen. Bij gebruik van pleisters gaat de voorkeur uit naar nicotinepleisters met een lage dosering. Verwijder de pleisters tijdens het slapen. Bij gebruik van nicotinepleisters van 21 mg per dag is de hoeveelheid nicotine en cotinine in de moedermelk vergelijkbaar met het roken van gemiddeld 17 sigaretten per dag. Bij gebruik van nicotinepleisters van 7 mg per dag en 14 mg per dag neemt de hoeveelheid in de moedermelk sterk af. Bij gebruik van nicotinekauwgum ontstaan grotere fluctuaties en hogere piekspiegels. Geef twee tot drie uur na gebruik geen borstvoeding. Dit geldt ook voor de tabletten, spray en inhalator.
Bupropion
Met het gebruik van bupropion is beperkt ervaring opgedaan. De hoeveelheid die overgaat in de moedermelk lijkt laag. Twee case-reports van kinderen van ongeveer zes maanden beschrijven insultachtige symptomen [1,2]. In één case gebruikte de moeder naast bupropion ook escitalopram. In de andere case was er ook sprake van een urineweginfectie bij het kind. Er zijn ook cases beschreven waarbij geen nadelige effecten werden waargenomen bij het kind.
In een studie met 10 vrouwen werd een relatieve kinddosis van 2% berekend, inclusief actieve metabolieten [3]. In een andere studie waarin 4 vrouwen bupropion gebruikten werd een relatieve kinddosis van 5.7% berekend [4].
Varenicline
Met varenicline tijdens de borstvoeding is geen ervaring opgedaan. Het gebruik tijdens de borstvoeding wordt daarom afgeraden.
Alcohol
Naltrexon
In een case report waarbij de moeder 50 mg naltrexon per dag gebruikte werd een relatieve kinddosis van rond de 1% berekend [5]. Er werden geen nadelige effecten bij de zuigeling gezien.
Acamprosaat, disulfiram en nalmefeen
Er zijn geen gegevens bekend over het gebruik van acamprosaat, disulfiram en nalmefeen tijdens de borstvoeding.
Opioïden
Buprenorfine en methadon
Beide middelen worden gebruikt als onderhoudsbehandeling bij opioïdverslaving. Wanneer moeders deze middelen tot het einde van de zwangerschap hebben gebruikt, kunnen onthoudingsverschijnselen van het kind na de geboorte worden verminderd door het geven van borstvoeding. Wanneer de moeder ook recreatieve drugs gebruikt wordt borstvoeding afgeraden.
De ervaring met buprenorfine in combinatie met borstvoeding is beperkt, maar er zijn geen aanwijzingen dat het nadelige gevolgen heeft voor het kind. Buprenorfine wordt uitgescheiden in de moedermelk, maar heeft een lage biologische beschikbaarheid. Hierdoor is de blootstelling van het kind minimaal. De relatieve kind dosis (RID) ligt tussen de 0.09% en 2.25% [6].
Ook methadon wordt uitgescheiden in de moedermelk, maar wordt door de zuigeling goed verdragen. De RID is hoger dan bij buprenorfine, namelijk 1.9% tot 6.5% [7].
Ondanks dat de blootstelling van het kind laag is, monitor het kind voor o.a. sedatie, respiratoire depressie en adequate gewichtstoename.
Laatst bijgewerkt op 03-08-2022