Benzodiazepines bij angst- en slaapstoornissen tijdens de zwangerschap

In het kort

Gebruik benzodiazepines tijdens de zwangerschap alleen als het echt nodig is. Probeer ze zo kort mogelijk te gebruiken in een lage dosering. De voorkeur gaat uit naar een middel dat snel uit het lichaam verdwijnt. Voorbeelden hiervan zijn oxazepam, temazepam, zolpidem en zopiclon. Middelen die lang in het lichaam blijven (zoals diazepam), kunnen stapelen bij het ongeboren kind.

Let op

  • Al deze middelen kunnen onthoudingsverschijnselen of het floppy-infant syndroom geven bij het pasgeboren kind. Dit kan ontstaan bij gebruik aan het eind van de zwangerschap.

Risico indeling

  • Waarschijnlijk veilig tooltip icon Dit geneesmiddel kan gebruikt worden tijdens de zwangerschap. Maar indien mogelijk heeft een geneesmiddel uit de categorie ‘Meest veilig’ de voorkeur. Bijvoorbeeld omdat er meer onderzoek is gedaan naar dat middel of studies minder discrepanties tonen. Het belang van behandeling kan na afweging groter zijn dan het risico.
    • - alprazolam (1e en 2e trimester)
    • - chloordiazepoxide (1e en 2e trimester)
    • - diazepam (1e en 2e trimester)
    • - lorazepam (1e en 2e trimester)
    • - oxazepam (1e en 2e trimester)
    • - temazepam (1e en 2e trimester)
    • - zolpidem (1e en 2e trimester)
    • - zopiclon (1e en 2e trimester)
  • Mogelijk risico tooltip icon Dit geneesmiddel kan mogelijk nadelige effecten hebben op zwangerschap of –ongeboren- kind. Weeg de mogelijke nadelige effecten af tegen het belang van behandeling van de moeder. Overweeg of een veiliger middel gebruikt kan worden of voer extra controles uit.
    • - alprazolam (3e trimester)
    • - chloordiazepoxide (3e trimester)
    • - diazepam (3e trimester)
    • - lorazepam (3e trimester)
    • - oxazepam (3e trimester)
    • - temazepam (3e trimester)
    • - zolpidem (3e trimester)
    • - zopiclon (3e trimester)
  • Risico onbekend tooltip icon Over gebruik van dit geneesmiddel tijdens de zwangerschap is geen of onvoldoende informatie beschikbaar. Het is niet mogelijk om een uitspraak te doen over de veiligheid. Kies bij voorkeur voor een middel waarvan meer bekend is over de veiligheid.
    • - bromazepam
    • - brotizolam
    • - clobazam
    • - clorazepinezuur
    • - flunitrazepam
    • - flurazepam
    • - lormetazepam
    • - loprazolam
    • - midazolam
    • - nitrazepam
    • - prazepam

Achtergrondinformatie

Gebruik in het eerste en/of tweede trimester
Aangeboren afwijkingen
Dierstudies laten een verhoogd risico op schisis zien bij gebruik van benzodiazepines/benzodiazepine-agonisten tijdens de zwangerschap. De meeste studies bij de mens laten geen verhoogd risico op aangeboren afwijkingen zien. Ook twee meta-analyses zien geen verhoogd risico (1, 2). Eén grote recente studie uit Zuid-Korea laat echter een mogelijk licht verhoogd risico zien op aangeboren afwijkingen in het algemeen (RR 1.09 (1.05-1.13)) en op hartafwijkingen (RR 1.15 (1.10-1.21)) (3). In deze studie is echter onvoldoende gecorrigeerd voor confounding. Er was bijvoorbeeld geen informatie beschikbaar over roken, alcohol- en drugsgebruik.

Diazepam en chloordiazepoxide
De meeste ervaring is opgedaan met diazepam (er zijn gegevens beschikbaar bij > 5000 zwangeren). Met chloordiazepoxide is ook ruime ervaring opgedaan (> 1000 zwangeren). Maar deze middelen hebben een zeer lange halfwaardetijd. Diazepam passeert gemakkelijk de placenta en kan vanwege de zeer lange halfwaardetijd stapelen bij de foetus. Daarom hebben deze middelen niet de voorkeur.

Alprazolam, lorazepam, oxazepam en temazepam
Met alprazolam en oxazepam (> 1000 zwangeren) en temazepam en lorazepam (> 500 zwangeren) is ruime tot redelijke ervaring opgedaan. Oxazepam en temazepam hebben de voorkeur vanwege de korte halfwaardetijd.

Zolpidem en zopiclon
Met het gebruik van de benzodiazepine-agonisten zolpidem en zopiclon tijdens de zwangerschap is ruime ervaring (> 1500 zwangeren) opgedaan. De onderzoeken laten geen hoger risico op aangeboren afwijkingen zien. Beide middelen hebben een heel korte halfwaardetijd.

Overige benzodiazepines
De overige benzodiazepines zijn niet of onvoldoende onderzocht. Onder de overige benzodiazepines vallen: bromazepam, brotizolam, clobazam, clorazepinezuur, flunitrazepam, flurazepam, lormetazepam, loprazolam, midazolam, nitrazepam en prazepam.

Vroeggeboorte
Het gebruik van benzodiazepines wordt in sommige studies in verband gebracht met een verhoogd risico op vroeggeboorte (4-8). Echter, de onderliggende aandoenning kan hier ook een rol in hebben gespeeld. Meer onderzoeken zijn nodig om een uitspraak te doen over het risico.

Ontwenningsverschijnselen en floppy-infant syndroom bij gebruik in het derde trimester
Bij langdurig gebruik van alle benzodiazepines/benzodiazepine-agonisten tot aan de bevalling kunnen onthoudingsverschijnselen bij de pasgeborene optreden. Bijvoorbeeld prikkelbaarheid, hypertonie, tremoren, onregelmatige ademhaling, braken, diarree, convulsies en hard huilen. Hoge doses voor de bevalling kunnen ook leiden tot neonatale respiratoire depressie (onderdrukking van de ademhaling).

Daarnaast bestaat de kans op het ontstaan van een floppy-infant syndroom. Symptomen zijn onder andere hypotonie, lethargie, verstoorde temperatuurregulatie en slecht drinken. Het optreden van dit syndroom is waarschijnlijk gerelateerd aan de gebruikte dosering.

Referenties

  1. Enato E, Moretti M, Koren G. The Fetal Safety of Benzodiazepines: An Updated Meta-analysis. JObstetGynaecolCan. 2011;33(1):46-8.
  2. Grigoriadis S, Graves L, Peer M, Mamisashvili L, Dennis CL, Vigod SN, et al. Benzodiazepine Use During Pregnancy Alone or in Combination With an Antidepressant and Congenital Malformations: Systematic Review and Meta-Analysis. J Clin Psychiatry. 2019;80(4).
  3. Noh Y, Lee H, Choi A, Kwon JS, Choe SA, Chae J, et al. First-trimester exposure to benzodiazepines and risk of congenital malformations in offspring: A population-based cohort study in South Korea. PLoS Med. 2022;19(3):e1003945.
  4. Kallen B, Borg N, Reis M. The Use of Central Nervous System Active Drugs During Pregnancy. Pharmaceuticals(Basel). 2013;6(10):1221-86.
  5. Calderon-Margalit R, Qiu C, Ornoy A, Siscovick DS, Williams MA. Risk of preterm delivery and other adverse perinatal outcomes in relation to maternal use of psychotropic medications during pregnancy. American Journal of Obstetrics and Gynecology. 2009;201(6).
  6. Ogawa Y, Takeshima N, Furukawa TA. Maternal exposure to benzodiazepine and risk of preterm birth and low birth weight: A case-control study using a claims database in Japan. AsiaPacPsychiatry. 2018;10(3):e12309.
  7. Huitfeldt A, Sundbakk LM, Skurtveit S, Handal M, Nordeng H. Associations of Maternal Use of Benzodiazepines or Benzodiazepine-like Hypnotics During Pregnancy With Immediate Pregnancy Outcomes in Norway. JAMA network open. 2020;3(6):e205860.
  8. Grigoriadis S, Alibrahim A, Mansfield JK, Sullovey A, Robinson GE. Hypnotic Benzodiazepine Receptor Agonist exposure during pregnancy and the risk of congenital malformations and other adverse pregnancy outcomes: A systematic review and meta-analysis. Acta Psychiatr Scand. 2022.

Laatst bijgewerkt op 23-02-2023


Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.