Barbituraten bij epilepsie tijdens de zwangerschap

In het kort

Het gebruik van fenobarbital in het eerste trimester van de zwangerschap geeft een verhoogde kans op aangeboren afwijkingen. Primidon wordt in het lichaam omgezet in fenobarbital. Het gebruik van primidon leidt mogelijk tot een vergelijkbaar verhoogd risico op aangeboren afwijkingen.

Let op

  • Gebruik foliumzuur aan het begin van de zwangerschap, zeker bij gebruik van fenobarbital of primidon.
  • Na langdurig gebruik van fenobarbital of primidon tot aan de bevalling kan het pasgeboren kind onthoudingsverschijnselen krijgen.

Risico indeling

  • Risico op aangeboren afwijkingen tooltip icon Dit geneesmiddel geeft een verhoogd risico op aangeboren afwijkingen of andere blijvende schade. Gebruik dit middel alleen in uitzonderingsgevallen (met extra controles). Kies zo mogelijk voor een veiliger middel of staak -tijdelijk- de behandeling.
    • - fenobarbital
    • - primidon

Achtergrondinformatie

Fenobarbital
Er is ruime ervaring met gebruik van fenobarbital tijdens de zwangerschap. Fenobarbital monotherapie tijdens het eerste trimester van de zwangerschap geeft een ongeveer twee tot driemaal verhoogd risico op aangeboren afwijkingen. Het risico is dosisafhankelijk. Bij een dosis onder de 130 mg per dag is het risico ongeveer 3-6%, bij een dosering van boven de 130 mg per dag kan het risico oplopen tot 12%. Het risico neemt toe bij het combineren van fenobarbital met andere anti-epileptica. Bij gebruik van fenobarbital zijn afwijkingen van het aangezicht (dysmorfe kenmerken en schisis) gemeld en afwijkingen van het hart, de ledematen en de urinewegen. Er is een verhoogde kans op groeivertraging tijdens de zwangerschap.

Bij gebruik van fenobarbital tijdens de zwangerschap zijn ook langetermijneffecten beschreven, zoals verminderd cognitief functioneren. Over langetermijneffecten zijn nog onvoldoende gegevens bekend om een goede risico-inschatting te kunnen maken.

Primidon
Er is beperkte ervaring met gebruik van primidon in de zwangerschap.  Primidon wordt in het lichaam omge­zet in fenobarbital. Het is nog niet duidelijk of monotherapie met primidon een vergelijkbaar ver­hoogd risico geeft op aangeboren afwijkingen als met fenobarbital. Daarvoor is de hoeveelheid onderzoek onvoldoende. Een verhoogd risico is niet uit te sluiten.

Epilepsie tijdens de zwangerschap
Epileptische aanvallen tijdens de zwangerschap, vooral tonisch-clonische aanvallen, kunnen nadelige effecten hebben voor moeder en kind. Vrouwen die behandeld worden voor epilepsie kunnen de medicatie tijdens de zwangerschap meestal niet staken. Maak bij voorkeur vóór de zwanger­schap een zorgvuldige afweging over het gebruik van anti-epileptica. Als gebruik tijdens de zwangerschap noodzakelijk is gaat de voorkeur uit naar lamotrigine of levetiracetam. Het risico op het ontstaan van afwijkingen neemt toe bij het gebruik van combinaties van anti-epileptica; vermijd polytherapie dus zoveel mogelijk.

Onthoudingsverschijnselen
Langdurig gebruik van fenobarbital of primidon tot aan de bevalling kan tot onthoudingsver­schijnselen bij de neonaat leiden, zoals hyperactiviteit en tremoren.

Farmacokinetiek
Controleer regelmatig de plasmaspiegels van anti-epileptica. Tijdens de zwangerschap verandert de farmacokinetiek. Hierdoor kunnen de plasmaspiegels in de loop van de zwangerschap dalen. Dit kan leiden tot verminderde aanvalscontrole. Pas de dosering aan op geleide van de plasmaspiegel. Stel de dosering na de geboorte tijdig bij.

Foliumzuur
Foliumzuursuppletie bij gebruik van fenobarbital en primidon is belangrijk. Deze middelen kunnen een foliumzuurtekort veroorza­ken. De dosering is net als voor elke zwangere vrouw 0,4 mg per dag. Een dosis van 5 mg wordt alleen geadviseerd bij zwange­ren die een bewezen foliumzuurtekort hebben of die eerder een kind met een neuraalbuisde­fect (spina bifida) hebben gekregen. Voor het juiste inname advies, zie Vitaminen tijdens de zwangerschap.

Vitamine K
Gebruik van fenobarbital en primidon kan vitamine-K-deficiëntie veroorzaken, waardoor stollingsstoornissen bij de pasgeborene kunnen optreden. Toediening van vitamine K aan de pasgeborene kan dit voorkomen. Een aanbeveling voor intramusculaire toediening is opgenomen in de vitamine K richtlijn van de kindergeneeskunde, zie www.nvk.nl/Portals/0/richtlijnen/vitamine%20K/vitamineK.pdf. Er is geen overtuigend bewijs dat maternale vitamine-K-profylaxe vóór de geboorte zinvol is.

Laatst bijgewerkt op 28-03-2019


Bij elke zwangerschap is er een basisrisico van 10 tot 15% op een miskraam en van 2 tot 4% op het krijgen van een baby met een aangeboren afwijking. De informatie bij zwangerschap gaat over de vraag of dit risico groter wordt door gebruik van het geneesmiddel of vaccin. Daarnaast bespreken we diverse andere risico’s voor het ongeboren kind, zoals de kans op vroeggeboorte of een laag geboortegewicht. De informatie bij borstvoeding is gebaseerd op het mogelijke risico voor de zuigeling, uitgaande van een gezonde, voldragen baby van 0 tot 2 maanden. Bij een te vroeg geboren, kleine, lichte of zieke baby moet men extra voorzichtig zijn. Een oudere zuigeling is juist minder kwetsbaar. We gaan bij zwangerschap en borstvoeding uit van de gebruikelijke dosering, zonder dat de patiënt daarbij andere geneesmiddelen gebruikt. Of het gebruik van een geneesmiddel de beste keuze is, en welk geneesmiddel in dat geval de voorkeur heeft, kan per persoon en per situatie verschillen. Daarom is goed overleg tussen zorgverlener en patiënt essentieel. Deze informatie is bedoeld ter ondersteuning van dit overleg en kan de medische zorg niet vervangen.